Spring naar inhoud

Als we allemaal iets bijdragen

  • Bijen hebben een voorkeur voor lip- en vlinderbloemigen: klaver, klokjes, korenbloemen
  • Eén flinke lindeboom draagt ca 10 voetbalvelden vol bloesem.
  • Bijen zijn al een ietsiepietsie geholpen door lege plekken in april in te zaaien met kant-en-klaar bijenbloemenmengsel. Daarin zit vaak: phacelia, boekweit, mosterdzaad, radijs, koriander, goudsbloem, kummel, dille, bernagie of borage, korenbloem, kaasjeskruid. Het bloeit de hele zomer en ziet eruit als een veldboeket. Zie onderaan deze pagina voor meer wilde bijenbloemen.
  • Wilg, fruit, esdoorn, meidoorn, paardenkastanje, acacia, linde, vuilboom, liguster, klimop, wingerd, berberis, honingboom, kornoelje, mahonia, sneeuwbes, hazelaar.

Z6430Helzahobbyzaden-Bloemenzaad-Bloemenweide-zaaien-zaden

  • Geef dracht, gebruik iedere strook of hoek, maar gooi liever nog 
    de tegels eruit en zaai of plant bijenbloemen, bijenbomen of 
    bijenstruiken (drachtplanten) en gebruik in geen geval gif:
  • Het klinkt te simpel en dat is het ook. Het teruglopen van bijenpopulaties komt ook doordat de omgeving te weinig bijdraagt: bijen halen nectar en koolhydraten uit bloemen in de omgeving en brengen er nieuw leven in terug doordat er na hun bezoek vruchten groeien, voeding voor later. De omgeving is echter verarmd, verschraald, versteend, verzilt en vergiftigd, er is te veel monocultuur en te weinig biodiversiteit. Het is veelzeggend dat bijen het in de stad beter doen dan op het land. Bovendien overheerst bij mensen vaak de drang om de natuur naar zijn of haar hand te zetten, ook in de bijenhouderij.  Tips om de omgeving te versterken:
  • De ontwikkeling van het bijenvolk volgt de natuur, de natuur volgt het weer.
  • De wilg is de belangrijkste stuifmeelleverancier voor wilde en honingbijen. De explosieve groei van bijenvolken in de lente loopt in de pas met de bloei van wilgenbomen. Snoei wilgen daarom niet allemaal tegelijk, maar bijvoorbeeld om het jaar.
  • De geurende lindes zijn 's zomers waardevol als leverancier van stuifmeel en nectar in de aanloop naar het aanmaken van winterbijen. Lindebomen zijn in de geschiedenis alom geëerd als heilige boom, Romeinen noemden het "Bijenweide".
  • Na de winter doen bijen zich tegoed aan het stuifmeel van de bollen en knollen van sneeuwklokjes, krokussen, blauwe druifjes, winter akonieten, anemonen. Uien zijn zeer nuttig voor bijen, maar moeten van tijd tot tijd worden herplant.
  • Biologische bollen en knollen worden niet in gif gedoopt. Slechts 0,1% van de Nederlandse bollen wordt biologisch gekweekt.

image-5898615

  • Voor op braak stukken grond of bermen langs de weg maar ook in de tuin kunnen zaden van: Bernagie (komkommerkruid), Bladrammenas, Boekweit (vroeger een hoofdteelt), Dille, Goudsbloem, Komijn, Korenbloem, Koriander, Malva, Phacelia, Witte mosterd, en een ‘margrietenmengsel’ van Akkerhoornbloem, Bleke klaproos, Gele morgenster, Gestreepte witbol, Gewone brunel, Gewone rolklaver, Gewone spurrie, Gewoon biggenkruid, Gewoon duizendblad, Gewoon reukgras, Gewoon struisgras, Glad walstro, Grasmuur, Grote ratelaar, Kleine leeuwentand, Kleine ratelaar, Knoopkruid, Kruipende boterbloem, Margriet, Rode klaver, Rood zwenkgras, Schapenzuring, Scherpe boterbloem, Sint Janskruid, Smalle weegbree, Stijf havikskruid, Veldlathyrus, Veldzuring, Vlasbekje, Vogelwikke, Beemdkroon, Bitterkruid, Cichorei, Geoorde zuring, Glanshaver, Goudhaver, Groot streepzaad, Grote bevernel, Hopklaver, Karwijvarkenskervel, Kleine klaver, Knolboterbloem, Kraailook, Muskuskaasjeskruid, Oosterse morgenster, Pastinaak, Ruige weegbree, Wilde peen en Zachte dravik.
  • Wilde bijen leggen hun eitjes in holle stengels, ook vogels vinden daar voer. Daarom is het voor het biologisch evenwicht goed om de tuin pas in het late voorjaar op te ruimen en niet al in de herfst.
  • Voor de bouw van een insectenhotel kunt u onbehandelde houtblokken met een scherp boortje inboren, randen afvijlen, en het geheel op ca 1 m hoogte op het zuiden hangen of neerzetten als nestgelegenheid voor wilde bijen. Een andere mogelijkheid is blikjes te vullen met afgesneden takken van bamboe,- rozen-, vlinderstruiken, met riet of dennenappels. De bijen kruipen in de stengels om eitjes te leggen. Gladde randen zijn belangrijk zodat de vleugels niet beschadigen bij binnenkomst, evenals een beschutte, niet te hoge plaatsing op het zuiden.
  • Het leefgebied van wilde bijen heeft een zeer beperkte actieradius, daardoor zijn ze gevoeliger voor het teruglopen van de biodiversiteit.
  • Eind 2014 zijn we begonnen met het omvormen van de ruimte rondom de bijenkasten tot een eetbare bostuin met fruit, noten, paddestoelen, eetbare bloemen en kruiden. Zowel de honingbijen als de wilde bijen zullen daar enorm veel profijt van hebben omdat er meer dracht komt, na verloop van tijd zullen we kunnen oogsten, maar zover is het nog niet.
  • De kunst is te gebruiken wat je hebt om de bodem te versterken - koffiedik, paardenmest, bladafval - en daarmee het bodemleven te bevorderen en geen energie verloren te laten gaan. De natuur schept zijn eigen meststoffen en kan alles omvormen, ook narigheid.
    Bij ons geen bulldozers en bladblazers, maar wel regenwormen en koffie, vooral voor de planten.
  • Wij kijken naar de invloed van het een op het ander, planten die elkaar versterken groeperen we, zoals aardbeien en asperges.